Eerst een open watervlakte
Spiegel van zon en wolken
Alles had ruimte
Eenden, ganzen, zwanen
Dreven in alle rust
Of sjeesden over het water
Nu
Braak land
Hier en daar een plasje
Gesloten, potdicht
Ik moet denken aan trieste oorden
De Burren in Ierland
De Great Dismal Swamp in Virginia
Zelfs aan het begin en het eind der tijden
‘No water enough to drown a man,
No tree to hang him,
No soil to bury him,’
Zeggen de Ieren over de Burren
Met andere woorden
Er is niks te doen
‘A No-man’s-Land,’
Zeggen de Amerikanen over de Great Dismal Swamp
Onbegaanbaar, onbewoonbaar
Een hemel voor muskieten
Een hel voor de mens
Gevluchte slaven vonden er een vrij bestaan
Velen legden het loodje
’De aarde was woest en ledig
Duisternis lag op de vloed,’
Zegt de bijbel
Toen kwamen er levende wezens
Alles moest goed zijn maar ja
De mens, de mens
Die doet het niet bijster goed
En dan het eind van de tijd
De apocalyps
‘De aarde zal weer ledig en woest worden,
Niets zal er nog vertrouwd uitzien
En de mensen worden verstrooid,’
Zegt een oud-testamentisch profeet
Geen bloei meer, geen herfst
Geen as, geen kompas, geen richting
Niets om je aan vast te houden
Iedereen doolt
Reddeloos rond
Maar ach, dat einde is van later zorg
Misschien zitten wij troublemakers
Dan allang veilig in het hiernamaals
En weten we nergens meer van
φ